WIE ZIJN WIJ

Naar aanleiding van het 25-jarig jubileum van de verschijningen in Lourdes vertrok in 1883 de eerste georganiseerde bedevaart uit Antwerpen met 443 deelnemers, van wie 20 zieken. Het werd het begin van een lange traditie die nog steeds verdergezet wordt.
Speciale aandacht gaat nog altijd naar onze zieken en andersvaliden: ze worden liefdevol omringd door dokters, verpleegkundigen, verzorgenden, priesters, paters, religieuzen en vele andere vrijwilligers die hiervoor gaarne en belangeloos een week van hun vakantie opofferen.
Na 125 jaar werd het totaal aantal bedevaarders geschat op 155 000, onder wie zeker 16 000 zieken.
We gaan er trots op dat we nog steeds uitsluitend met vele gemotiveerde vrijwilligers een organisatie en een werking op peil houden die steunt op een lange traditie. Samen met een aantal correspondenten spannen zij zich in om zoveel mogelijk deelnemers, jongeren en andersvaliden te laten genieten van hun verblijf. Zo hopen wij nog aan vele pelgrims de weg te tonen naar Lourdes.
We reizen tweemaal per jaar (mei en juli) met trein, bus en vliegtuig met aandacht voor ieders behoefte en in verbondenheid met ons bisdom.

Meer dan 125 jaar Antwerpse Lourdesbedevaarten.

Het duurde ongeveer 10 jaar vooraleer het Lourdesgebeuren van 1858 algemene weerklank vond in België. In juni 1869 verschijnt het boek “Notre-Dame de Lourdes” van Henri Lasserre, die in 1862 op wonderbare wijze van een oogziekte genas. Dit boek werd later in vele talen vertaald en maakte Lourdes en zijn gebeurtenissen tot ver in het buitenland bekend. Getroffen door de lectuur ervan, liet de verlamde Luikenaar Pierre Hanquet water van de Grot overkomen. Hij dronk er een glas van en liet zich helemaal besprenkelen met het water. Na amper anderhalve minuut stond hij op en was volkomen genezen. Dit gebeurde op 27 november 1869 en het was het begin van de grote verering van O.-L.-Vrouw van Lourdes in het Luikse en in België.
De annalen van Lourdes signaleren in november 1871 voor de eerste maal Belgische bedevaarders. In 1872 sluit een groep van 60 Belgen zich bij de bedevaart van Parijs aan.
In 1873 wordt te Oostakker nabij Gent een “Grot van Lourdes” opgericht. Op 7 april 1875 zal Petrus de Rudder uit Jabbeke er plots genezen van een oude dubbele en etterende breuk aan het linkerbeen. In datzelfde jaar sluiten ongeveer 100 Belgische bedevaarders zich bij de Franse bedevaart uit Cambrai in Noord-Frankrijk aan.
Vanaf 1874 vertrekken nationale bedevaarten uit Luik en Bergen. Het aantal bedevaarders neemt geleidelijk toe. De Vlamingen sluiten zich hierbij geleidelijk sterker en sterker aan. In 1882 zouden reeds 242 bedevaarders uit het Antwerpse ingeschreven zijn. Is het dan verwonderlijk dat men beslist om in 1883 een bedevaart te laten vertrekken vanuit Antwerpen? Alles laat immers vermoeden dat 1883 voor de Lourdesbedevaarten een topjaar zal zijn omwille van het 25-jarig jubileum van de verschijningen.

Antwerpen begint

De eerste georganiseerde bedevaart uit Antwerpen vond plaats van 2 tot 6 mei 1883: 443 bedevaarders, onder wie 20 zieken namen deel. Vanaf het eerste jaar van de bedevaart had men zich bij de leiding zeer duidelijk voor ogen gesteld: behoeftige en zorgbehoevende zieken moeten naar Lourdes kunnen! Terecht waren de inrichters van oordeel dat ze op die wijze zo volkomen mogelijk beantwoorden aan de verlangens van de H.Maagd. Deze eerste bedevaart was zo meegevallen dat in 1884 opnieuw de koppen bij elkaar gestoken werden. Alzo werd een lange traditie ingezet, waaraan de bedevaart van Antwerpen tot op heden sterk gehecht blijft: zoveel mogelijk behoeftige en zorgbehoevende zieken meenemen en dit binnen de financiële mogelijkheden en met vrijwilligers.
En de bedevaart van Antwerpen groeide gestaag. In de jaren die de Eerste Wereldoorlog voorafgingen, vertrokken telkens verscheidene treinen van de toenmalige “Vlaamsche Nationale Bedevaart van Antwerpen”. In 1908 (50ste verjaardag van de verschijningen) brachten 5 treinen 1600 Antwerpse bedevaarders, onder wie 200 zieken, naar Lourdes. Dit was een uitzonderlijk hoog aantal voor die tijd. Laten we niet vergeten dat de financiële middelen van de gewone mensen niet zo groot waren. Betaald verlof of andere sociale tegemoetkomingen bestonden niet. De kosten voor de treinreis bedroegen toen 100 BEF in tweede en 70 BEF in derde klasse.

Na de Eerste Wereldoorlog

Na de oorlog van 1914-1918 was alles te herbeginnen. Lange tijd waren reizen naar het buitenland, bedevaarten inbegrepen, heel moeilijk geweest. De Antwerpse Bedevaart begint in 1920 weer zeer bescheiden en groeit opnieuw.
Tussen 1920 en 1939 reisde een verslaggever van “Gazet van Antwerpen” verschillende malen mee die dagelijks een rapport opstuurde dat in de krant verscheen onder de rubriek “Brieven uit Lourdes”.
Het vijftigjarig bestaan van onze bedevaart werd met een jubelbedevaart gevierd in 1932: het was een absoluut recordjaar: 7 treinen brachten 4000 deelnemers naar Lourdes. Onder hen 380 zieken.
En een tweede maal kwam een wrede oorlog de bedevaarten naar Lourdes stilleggen.

Na 1945

Zou de Antwerpse bedevaart opnieuw kunnen starten? De moderne katholieke organisaties hadden intussen plannen opgemaakt voor bedevaarten naar Lourdes, wezen hun talrijke leden de weg en de mogelijkheid naar Lourdes, en konden algauw aanzienlijke groepen naar het Maria-oord voeren voor hun talrijke leden.
De feiten bewezen echter dat voor de “oudere” bedevaarten nog meer dan plaats genoeg overbleef. Opnieuw een bescheiden begin in 1946 en 1947, en vanaf 1948 was alles weer normaal: telkenjare meer treinen met honderden bedevaarders en een flink aantal zieken en dit alles gedragen door uitsluitend vrijwilligers.
In 1950 krijgt onze bedevaart van kardinaal Van Roey de titel “Diocesane Bedevaart”.
Vanaf 1959 bestond ook de mogelijkheid om de reis per vliegtuig te doen.

Diocesane bedevaart van het bisdom Antwerpen

In 1962 erkende Mgr. Daem onze bedevaart als de bedevaart van het heropgerichte bisdom Antwerpen. Vanaf 1963 zullen de bisschoppen van Antwerpen (mgr. Daem, mgr. Danneels, mgr. Van den Berghe en mgr. Bonny) de grote julibedevaart vergezellen.
Sedert 1972 werd een tweede jaarlijkse bedevaart georganiseerd in de maand mei en dit met een dagtrein. Vanaf 1979 werd ook in de julimaand naast de nachttreinen een dagtrein ingelegd. De zieken reisden steeds met een nachttrein in aangepaste coupés of in ambulancerijtuigen. Sinds 1997 zijn deze dagtreinen vervangen door hogesnelheidstreinen. De treinreis die in 1883 nog 40 uren duurde, wordt herleid tot 10 uur. Moeilijkheden met spoorwegen en beschikbare treinstellen deden ons in 2007 besluiten om de zieken ook te laten reizen met TGV en dit vanuit het Franse Tourcoing. De liggende en zwaar zorgbehoevende zieken werden vanuit België met een speciale ambulancebus naar Lourdes vervoerd.

Onze opdracht en onze ervaring

Door ijverige en edelmoedige ijveraars werd de Antwerpse bedevaart opgericht in 1883. Door andere ijverige handen en harten werd ze voortgezet. En op onze dagen gaat de reeks voort. Speciale aandacht gaat nog altijd naar onze zieken en andersvaliden: ze worden liefdevol omringd door dokters, verpleegkundigen, verzorgenden, priesters, paters, religieuzen en vele andere vrijwilligers die hiervoor gaarne en belangeloos een week van hun vakantie over hebben.
Na 125 jaar wordt het totaal aantal bedevaarders geschat op 155 000, onder wie zeker 16 000 zieken. We gaan er trots op dat we nog steeds uitsluitend met vele gemotiveerde vrijwilligers een organisatie en een werking op peil houden die steunt op een lange traditie. Samen met een aantal correspondenten spannen zij zich in om zoveel mogelijk deelnemers, jongeren en andersvaliden te laten genieten van hun verblijf. Zo hopen wij nog aan vele pelgrims de weg naar Lourdes te tonen.